Woord vooraf PLUK #6

‘Wie de rauwe zenuw van het Russische leven wil voelen, heeft geen Anna Karenina nodig maar een Sankja,’ schrijft de bekende anti-corruptieactivist Aleksej Navalny in het voorwoord van de Engelse vertaling van Sankja, de explosieve roman van Zachar Prilepin die een belangrijk voorbeeld is van het Nieuw Realisme in de Russische letteren. Sankja verscheen al in het Frans, Duits, Pools en Italiaans. PLUK heeft de primeur voor Nederland.

Ook veelvuldig vertaald is de in Polen geboren Australische dichter Alex Skovron (1948), van wie wij vier gedichten presenteren, waarin we onder andere leren dat Sisyphus zijn keien met veel zorg selecteert.

De Duitse schrijfster Anne von Canal verbleef ter voorbereiding op haar roman Whiteout (2017), die zich afspeelt in de ijzige verlatenheid van Antarctica, enige tijd op een onderzoeksstation in het noordpoolgebied. Dat is te merken in haar roman, waarin de fysieke effecten van de extreme omstandigheden op verrassende wijze voelbaar worden gemaakt (‘door de plotselinge kou gloeien mijn haarwortels’).

Geestelijke verlatenheid is een belangrijk element in De Opplyste (De Verlichten, 2018) van de Noor Øystein Stene. Eenentwintig personages vertellen in evenzoveel hoofdstukken over hun leven in sterk verschillende maatschappelijke segmenten van een post-apocalyptische wereld, waarin de houding jegens religie een allesbepalende rol is gaan spelen.

De Franse actrice Isabelle Carré debuteerde in 2018 met Les Rêveurs, dat meteen al twee prijzen in de wacht sleepte. Waarom kunt u wellicht navoelen als u het hier opgenomen vertaalde fragment leest.

Ook in deze PLUK de proloog van La vita riflessa, de derde roman van de interessante Italiaan Ernesto Aloia. Twee jeugdvrienden ontwikkelen Twins, een variant op Facebook die verder gaat dan die van onze opdringerige huisvriend Mark Zuckerberg. Twins maakt namelijk ook geïdealiseerde projecties van mensen, die een zelfstandig leven gaan leiden.

De Canadese Mary MacLane (1881-1929) gold bij leven als omstreden, niet in de laatste plaats vanwege I Await The Devil’s Coming, de weinig verhullende autobiografische roman waarmee ze in 1902 een steen in de vijver gooide. Spetteren doet haar tekst nog steeds.

Ook iets ouder (uit 1954), maar volkomen ten onrechte niet opgemerkt, is de roman Who Was Changed and Who Was Dead van de Engelse auteur Barbara Comyns. Het is een verrukkelijk verhaal over een dorpswereld waarin de werkelijkheid aanzienlijk minder saai en onschuldig is dan een buitenstaander misschien zou denken. In de eerste zin komen er nog gewoon eenden (onder goedkeurend gekwaak) de salon binnenzwemmen, maar de gebeurtenissen worden alras verontrustender.

De redactie